In juni 1954 besloot de Bundesbahn tot de aanschaf van vier grotendeels gestandaardiseerde elektrische locomotieven. De was de series: E 10, E40, E 50 en E 41. Een vernieuwing was dat de machinist tijdens het werk kon zitten; voorheen moest het werk staand worden gedaan. Tussen 1956 en 1971 werden in totaal 451 locomotieven van de serie E 41 aangeschaft. Aanvankelijk waren de locomotieven staalblauw (RAL 5011) geschilderd, maar nadat de voor een sneltreinlocomotief vereiste maximumsnelheid werd verhoogd tot 140 km/u, werd de kleurstelling gewijzigd in chroomoxydegroen (RAL 6020). Andere kleurvarianten waren oceaanblauw-beige, oriëntrood met en “slabbetje”, verkeersrood en zalmoranje-lichtgrijs (S-Bahn-kleuren van 1987 tot 1998). De locomotief serie kreeg de bijnaam “rotje” vanwege het karakteristieke geluid van het elektrische schakelwerk.
Onze locomotief werd in 1962 in dienst gesteld en was tot 1978 gestationeerd in Frankfurt. In 1968 kreeg zij het nieuwe nummer 141 228-7. Na een kort tussentijds verblijf in Seelze keerde zij terug naar Frankfurt, waar zij in 2003 buiten dienst werd gesteld. Zij is ons uitgeleend door het DB Museum in Neurenberg.
FABRIKANT
IN DIENST
UIT DIENST
MAX. SNELHEID
© Bahnwelt 2024. Alle rechten voorbehouden.
Voor een betere leesbaarheid wordt op deze website de mannelijke vorm gebruikt voor persoonsnamen en persoonlijke zelfstandige naamwoorden. Overeenkomstige termen zijn in beginsel van toepassing op alle geslachten met het oog op gelijke behandeling. De afgekorte formulering is slechts om redactionele redenen en het bevat geen beoordeling.
Sie erhalten in Kürze eine E-Mail an die von Ihnen angegebene E-Mail-Adresse. Bitte bestätigen Sie Ihre Newsletteranmeldung über den darin enthaltenen Link.